De overheid is volop bezig met het uitrollen van een plan om de fiscale aftrekbaarheid van bedrijfswagens progressief te beperken. Dat gebeurt op basis van 3 pijlers:
- Pijler 1: wijziging fiscale regels personenwagens
- Pijler 2: laadpalen
- Pijler 3: Mobiliteitsbudget
We leggen hieronder graag kort de pijlers even uit.
Pijler 1: Algemeen aftrekverbod beroepskosten CO2-uitstotende bedrijfswagens
Vanaf 1 januari 2026 geldt het algemene aftrekverbod voor alle beroepskosten inzake bedrijfswagens met CO2-uitstoot. Hierdoor kan de belastingplichtige vanaf 1 januari 2026 ook geen gebruik meer maken van de forfaitaire aftrek van 0,15 EUR/km voor woon-werkverkeer. Dat forfait kan enkel nog toegepast worden voor een:
- elektrische auto
- andere auto (als overgang) gekocht vóór 1 juli 2023 (‘grandfathering’: geen impact door overgangsmaatregel) of vóór 1 januari 2026 (uitdoofregeling: tijdelijke beperkte aftrek van 50% in 2026 en 25% in 2027).
Pijler 2: Laadpalen
Geen elektrische wagens zonder laadstations. Daarom geeft de federale overheid een fiscaal voordeel om de aangroei van het aantal laadstations te stimuleren, zowel thuis als op het werk.
Laadpalen op het werk
Ondernemingen die tussen 1 september 2021 en 31 augustus 2024 investeren in een publiek toegankelijk laadstation kunnen rekenen op een verhoogde kostenaftrek. De vermindering zal stelselmatig in de tijd worden afgebouwd.
- Deze laadinfrastructuur moet vrij toegankelijk zijn. Dit ofwel binnen of buiten de normale openingstijden.
- Voor investeringen tussen 1 september 2021 en 31 december 2022 geldt een aftrekpercentage van 200%.
- Voor investeringen tussen 1 januari 2023 en 31 augustus 2024 geldt een aftrekpercentage van 150%.
Laadpalen voor particulieren
Wie als particulier tussen 1 september 2021 en 31 augustus 2024 kiest voor een aankoop en plaatsing van een laadstation thuis, dit geldt zowel eigenaars als huurders, zal kunnen rekenen op een belastingvermindering op de investering. De vermindering zal stelselmatig in de tijd worden afgebouwd.
Wie deze investering deed tussen 1 september 2021 en 31 december 2022 kon rekenen op een belastingvermindering van 45%. Dit tarief daalt tot 30% in 2023 en tot 15% in 2024.
Het bedrag waarvoor een belastingvermindering kan worden verleend en waarop ze wordt berekend, is beperkt tot 1.800 euro per laadpaal en per belastingplichtige. Sinds 1 januari 2023 wordt deze beperking verhoogd tot 8.000 euro per laadstation en per belastingplichtige als het gaat om de plaatsing van een bidirectioneel laadstation.
Het laadstation moet
- in of in de onmiddellijke nabijheid van uw woning geplaatst worden
- een intelligent laadstation zijn: de laadtijd en het laadvermogen moeten door een energiebeheerssysteem gestuurd kunnen worden
- enkel groene stroom gebruiken
- goedgekeurd zijn door een erkend keuringsorganisme.
Pijler 3: mobiliteitsbudget
Als een werkgever beslist het mobiliteitsbudget in te voeren in zijn onderneming, krijgen zijn werknemers de kans hun recht op een bedrijfswagen in te ruilen voor een jaarlijks budget, waarmee ze dan zelf hun vervoersmiddelen kiezen en financieren.
Het mobiliteitsbudget kunnen werknemers vrij besteden in 3 pijlers, rekening houdend met de bestedingsmogelijkheden die de werkgever aanbiedt. Ze kunnen kiezen voor:
- een milieuvriendelijkere bedrijfswagen
- duurzame vervoermiddelen en huisvestingskosten
- geld.
Als het mobiliteitsbudget nog niet volledig is besteed in pijlers 1 en/of 2, kan de werknemer het resterende bedrag in geld ontvangen.
De werkgever is niet verplicht het mobiliteitsbudget in te voeren, de werknemer is ook niet verplicht om ervoor te kiezen.
Ga je zelf aan de slag in jouw organisatie met duurzame mobiliteit en wil je meer weten over de fiscale gevolgen? Dan is ons opleidingspakket zeker iets voor jou!